Om dit gedeelte aan een gewone zin te plakken volg je het volgende stappenplan. Denk eraan, we hebben het steeds over een gedeelte voor en een gedeelte na de komma.
1) Wat is het eerste ww in de zin?
2) Staat deze in het rijtje?
am,
is, are, was, were, can, could, will, would, must, has, have
3) Ja - dan herhaal je het werkwoord na de komma.
Bijvoorbeeld: This skirt is nice, isn't it?
Nee - dan kies je uit:
do
- does - did
TT
- TT - VT
SHIT
5) Over wie of wat gaat het? Verkort herhalen.
BIjvoorbeeld: The boy looks tired, doesn't he?
Het ww is looks, deze staat niet in het rijtje. Daarom moet je een vorm van "do" kiezen. Omdat het TT is, en het om een jongen gaat, kies je voor does. Er STond voor de komma nog geen "not", daarom doe je dit na de komma. Bij stap 5 moet je kijken over wie of wat het gaa. Het gaat om the boy. De verkorte versie hiervan is he, daarom zet je deze aan het einde van je aangeplakte vraagzin.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten